Omdat voeding (nog altijd) mijn bijzondere interesse heeft, geef ik op deze pagina een aantal eettips.

Alles mag maar niet elke dag

Veel mensen weten wel wat een gezond eetpatroon inhoudt. Maar het toepassen valt vaak niet mee. Niet alleen is er een overvloed van lekkernijen en gemaksvoedsel verkrijgbaar, ook is het niet altijd duidelijk wat gezond eten nu eigenlijk inhoud en hoever je erin moet gaan. Een dieet met duidelijke richtlijnen, zoals dat van Sonja Bakker, biedt velen soelaas doordat je niet hoeft na te denken wat je moet doen en iemand anders als het ware de verantwoordelijkheid neemt. Zolang je je aan de voorschriften houdt gaat alles goed. Maar wat te doen als je je streefgewicht bereikt hebt en je weer ‘gewoon’ mag gaan eten? Of als het niet lukt om je aan de richtlijnen te houden?

Als je niet te zwaar bent en je hebt geen ‘dieetverleden’ zal je waarschijnlijk, onbewust, de regel hanteren dat ‘alles mag maar niet elke dag’. Dit komt er dan op neer dat je soms teveel eet of teveel (ongezonde) tussendoortjes eet en dit de volgende dag weer compenseert door wat minder te eten, meestal als vanzelf, omdat je gewoon minder trek hebt. Je luistert naar je lichaam en je stopt met eten als je merkt dat je een bepaalde grens hebt bereikt. Waarschijnlijk zou je als je wel te zwaar bent, willen dat je dat ook kon. Of je zou nog een stapje verder willen gaan; helemaal geen behoefte meer hebben om teveel eten, zodat je ook nog wat kilo's kwijt kan raken. Maar de drang om te eten is vaak te sterk en op het moment dat de behoefte te groot of de verleiding daar is, hang je je goede voornemens aan de wilgen en ga je ervoor.

Een dieet volgen of ‘aan de lijn doen’ roept bij de meeste mensen sterke gevoelens op. Ofwel gevoelens van hoop op verbeteringen ofwel gevoelens van falen of weerstand als het niet lukt om het vol te houden. Wanneer we ons realiseren dat het dieet niet het verwachte resultaat oplevert stort de hoop in en krijgt gezond eten een steeds zwaardere associatie met iets onhaalbaars en ongezond eten met mislukking. Of we willen er niet door van de kaart raken en gaan in de ontkenning dat er iets aan de hand is. Dit alles maakt dat het geen sinecure is om je eetgedrag aan te passen en gewicht te verliezen.

Het is belangrijk om te weten wat ‘eten’, ‘aan de lijn doen’, ‘slank zijn’, ‘regels opvolgen’, ‘veranderingen’, etc. bij je oproepen, zodat je kunt herkennen wat er met je gebeurt als je ermee geconfronteerd wordt. Alleen dan is het mogelijk om er op een andere manier op te reageren en wel je doel te bereiken. Eetbeter helpt je bij de bewustwording van wat jou raakt als je wilt gaan afvallen, welke gevoelens er dan een rol gaan spelen en wat je vervolgens kan doen om daarmee om te gaan.

Eettips

Ons huidige westerse voedsel is nog weinig natuurlijk. Het heeft allerlei bewerkingen ondergaan zodat een zo goedkoop mogelijk te produceren en op het eerste gezicht zo attractief mogelijk product ontstaat. De prijs die we hiervoor betalen is dat ons voedsel niet meer de voedingsstoffen en levensenergie levert die we zo hard nodig hebben om ons goed te voelen en geen last te krijgen van allerlei kwalen. Niet alleen zijn de belangrijkste stoffen uit de voeding gehaald of verloren gegaan, het zit bovendien vol met onnodige of zelfs giftige additieven, bestrijdingsmiddelen en hormonen die verband lijken te houden met aandoeningen als astma, eczeem, vermoeidheid, migraine, leer- en gedragsproblemen en overgewicht.

Alleen echt voedsel kan ons voeden. Voedsel wat niet meer lijkt op iets dat in de natuur aanwezig is vult ons op maar verzadigt niet. Producten met een ellenlange ingrediëntenlijst vragen om problemen. De uit de hand gelopen veeteelt heeft geresulteerd in dierenleed en ongezond vlees met hormonen en teveel vet. ‘Light’-producten zorgen ervoor dat te weinig essentiële vetzuren genuttigd worden, terwijl deze onmisbaar zijn voor je gezondheid. Bovendien is het zonder vet lastig afvallen: je blijft dooreten omdat het niet verzadigt.

Hoe minder we ons bemoeien met wat de natuur ons geeft, hoe beter het voor ons is. Hanteer daarom de regel dat hoe natuurlijker het product is en hoe minder ingrediënten het bevat, hoe beter.

Als je de volgende richtlijnen aanhoudt zal je veel minder moeite hebben om gezond en lekker te eten, terwijl je je tevens fit voelt en een gezond gewicht kunt krijgen en behouden.

  1. Voed je lichaam met verse, natuurlijke, gevarieerde en liefst biologische producten. Geef het genoeg groenten en fruit zodat het een goede basis heeft door de vele belangrijke stoffen die plantaardige voeding in zich heeft. Eet naast gekookte ook regelmatig rauwe groenten.
  2. Kies volkorenproducten en zilvervliesrijst om je bloedsuikerspiegel niet teveel te laten fluctueren, je darmen hun werk te laten doen en je honger te stillen.
  3. Wees spaarzaam met suiker, koekjes (ook de eierkoeken, ontbijtkoeken of andere tussendoortjes die in een fabriek gemaakt zijn), snoep, chips en dergelijke. Eet ze slechts bij bijzondere gelegenheden. Neem in plaats hiervan gezonde tussendoortjes zoals (gedroogd) fruit, noten, een kop zelfgemaakte soep, een rijstwafel met hummus of net wat jij lekker vindt.
  4. Haal je vet voornamelijk uit olijfolie, kokosolie, noten, zaden en avocado’s. Zo krijg je je essentiële vetzuren binnen en houd je je huid, haren, bloedsuikerspiegel en hormoonproductie gezond.
  5. Eet granen als rijst, haver, tarwe, quinoa, spelt etc. met noten of peulvruchten om de juiste aminozuren te combineren en volwaardige eiwitten te krijgen. Hierdoor hoef je niet veel vlees meer te eten. Prettig voor vegetariërs, het milieu, de dieren, je gezondheid en bovendien voor je portemonnee.
  6. Wees zuinig met zuivelproducten. Gebruik ze alleen van goede (biologische) kwaliteit. Neem zo min mogelijk melk. Voor calcium heb je geen zuivelproducten nodig. Calcium wordt beter door je lichaam opgenomen als hij uit groenten komt.
  7. Kauw je eten goed. Zo word je eten het best verteerd en kunnen alle belangrijke stoffen opgenomen worden in je lichaam. Bovendien zorgt het dat je langzamer eet en beter voelt of je genoeg hebt gehad.
  8. Adem naar je buik, voor, tijdens en na de maaltijd. Hierdoor krijg je contact met wat je voelt in je lichaam. Eet rustig en met aandacht zodat je tijdig merkt dat je prettig verzadigd bent. Eet nooit zoveel dat je helemaal vol zit. Eet ook niet als je geen trek hebt. Luister naar wat je lichaam aangeeft over wat je gegeten hebt. Voel je je moe of duf na een maaltijd of heb je een opgeblazen gevoel, dan weet je dat je niet de juiste dingen hebt gegeten.
  9. Tel geen calorieën en ga niet (of slechts sporadisch) op de weegschaal. Het leid je alleen maar af van waar het werkelijk om gaat: je lichaam voeden en de signalen van verzadiging herkennen. Je kleding en hoe jij je voelt geven duidelijk genoeg aan of je op de goede weg zit of niet.
  10. Beweeg dagelijks, liefst in de frisse lucht op een natuurlijke manier: luister naar je lichaam wat het aan kan, wat goed voelt en een niet te zware belasting is.

Nota bene

Als je merkt dat het je moeilijk valt om je aan deze aanbevelingen te houden, ga dan na wat er aan de hand zou kunnen zijn. Lukt het je niet om naar je lichaam te luisteren? Roepen de regels weerstand op? Heb je het gevoel dat je nu helemaal niets meer mag? Denk je dat het je nooit gaat lukken? Deze gedachten zijn heel normaal, maar wel een teken dat er op emotioneel gebied iets geraakt wordt wat een belemmering kan vormen voor het beter gaan eten. Lees de boeken van Ingeborg Bosch (zie boekenlijst) en kijk of je kunt ontdekken welke behoefte je met eten vervult en waardoor je het moeilijk vindt deze op te geven.

Tot slot

Eten roept veel op bij mensen. Het gaat om een eerste levensbehoefte en controle over je eigen behoeften. Bij veel mensen wordt de hoop geactiveerd dat er eindelijk wat zal veranderen, ze zullen krijgen wat ze nodig (denken te) hebben, alles beter zal worden, ze nu weten wat ze moeten doen, etc. De lijst is eindeloos. Als je merkt dat je een lichte opwinding en urgentie ervaart om met je eetgedrag aan de slag te gaan dan kan het zijn dat je in een zogenaamde valse hoop terecht bent gekomen. Het lijkt je energie te geven, maar het is een energie die je aandacht weghaalt bij wat er werkelijk aan de hand is en die bovendien tijdelijk is. Misschien herken je het van vorige lijnpogingen: je begon vol enthousiasme en goede moed met je regime, maar na een paar dagen, weken of maanden kon je het niet meer opbrengen en verviel je weer in je oude gedrag, ondanks het feit dat de kilo's eraf vlogen en het in het begin hartstikke goed ging. Om de een of andere reden kon je het niet vasthouden en leek je wilskracht ineens weg te zijn. Het zou goed kunnen dat je ‘valse hoop’ was ingestort: omdat je eigenlijk, onbewust, op iets anders, iets achterliggends hoopte als je slank zou zijn en dat niet kwam door je lijnpoging, vervloog je hoop. Veel mensen hopen onbewust dat ze waardering krijgen, erbij mogen horen, niet afgewezen worden, etc. op het moment dat ze slank zijn. Ook al weet je misschien dat dat niet is waarvoor je het zou moeten doen, onbewust speelt het vaak mee.

Als je vermoedt dat er bij jou iets dergelijks aan de hand is raad ik je ook aan een van de boeken van Ingeborg Bosch te lezen. Zij geeft duidelijk aan wat ‘valse hoop’ met ons doet en hoe je deze kunt aanpakken.